Stelling
Eerder deze week plaatsten wij op onze Instagram pagina@vanebbenhoutjuristen de stelling:
“Trouwen is juridisch gezien een halvering van uw rechten en een verdubbeling van uw plichten.”
We vroegen u met ons te delen of deze stelling ‘waar’ of ‘niet waar’ is. Zoals u wellicht heeft gelezen op onze Instagram pagina is de stelling ‘niet waar’. Het klopt weliswaar dat men er door een huwelijk extra plichten bij krijgt. Echter is het niet zo dat uw rechten gehalveerd worden. Sterker nog, u krijgt er rechten bij. Een aantal van deze rechten staan omschreven in titel 6 boek 1 van het Burgerlijk Wetboek hierna: ‘BW’.
Titel 6 boek 1 BW
Titel 6 boek 1 BW schept een aantal rechten en verplichtingen voor gehuwde personen. De bepalingen die in deze afdeling zijn opgenomen zijn van toepassing op alle gehuwden, ongeacht het huwelijksvermogensregiem dat door de gehuwden is gekozen.[1] Door de schakelbepaling van artikel 1:80b valt ook het geregistreerd partnerschap onder de bescherming van deze titel. In beginsel geldt dat de bepalingen in deze titel van dwingend recht zijn. Bij wet kan echter van sommige bepalingen door de gehuwden worden afgeweken.[2] De komende weken zullen we kort voor u uiteenzetten wat de belangrijkste artikelen inhouden, wat het doel is van de bepaling en welke verplichtingen deze bepalingen scheppen voor gehuwde personen. Deze week zullen we beginnen met artikel 1:83 BW die ook wel bekend staat als de ‘inlichtingenplicht’.
Artikel 1:83 inlichtingenplicht
Op grond van deze bepaling zijn echtgenoten het tijdens hun huwelijk aan elkaar verplicht om in de gevallen dat hiernaar wordt gevraagd, informatie aan de andere echtgenoot te verschaffen betreffende de persoonlijke financiën en/of de financiën die onderdeel vormen van de huwelijksgemeenschap. De reden dat deze bepaling in 2012 is ingevoerd is om echtgenoten de mogelijkheid te geven om in het geval één der echtgenoten wanbestuur signaleert, deze echtgenoot genoeg tijd heeft om op dit handelen van de andere echtgenoot te anticiperen. Hierbij kan gedacht worden aan opheffing van de gemeenschap op grond van artikel 1:109 BW.[3] Om een goed huishouden te kunnen uitoefenen is het namelijk van belang te kunnen beschikken over de financiële gegevens van elkaar.[4]
Verantwoording v.s. informatie
Belangrijke kanttekening is dat dit artikel niet beoogt te verplichten dat echtgenoten rekening en verantwoording aan elkaar verantwoord zijn.[5] Tegen informatie die niet relevant wordt geacht voor het huwelijksvermogensstelsel kunnen echtgenoten zich verzetten. Tot slot werkt artikel 1:83 BW door in de periode van de ontbinding van het huwelijk en de definitieve scheiding. Tot het moment na de scheiding genieten echtgenoten de bescherming van dit artikel zodat de vermogensrechtelijke gegevens ook ten tijde van de scheiding verplicht zijn aan elkander te verschaffen.[6]
Van Ebbenhout Juristen
Wilt u meer weten over dit onderwerp? Dit is typisch een onderwerp dat valt onder het personen- en familierecht, één van de specialisaties van onze juristen. De juristen van Van Ebbenhout Juristen en Mediators helpen u graag en staan voor u klaar. Zij zijn werkzaam in de omgeving Tilburg, Arnhem en de Achterhoek.
Kom met ons in contact!
“U bent niet meer alleen, we doen het samen.”
Literatuurlijst
[1] Kraan & Heijning 2022, p. 31.
[2] Van Duijvendijk-Brand, inleidende opmerkingen, in: Van Duijvendijk-Brand (red.) Tekst & Commentaar Burgerlijk Wetboek, Deventer: Wolterrs Kluwer 2021 (online bijgewerkt 19 januari 2023).
[3] Kraan & Heijning 2022, p. 45.
[4] Asser/De Boer, Kolkman & Salomons 1-II 2016/141.
[5] Artikelsgewijs commentaar Lieber, in: GS Personen- en familierecht, art. 1:83 BW, aant. 2.
[6] Asser/De Boer, Kolkman & Salomons 1-II 2016/141.
Auteur:
mr. K.L. (Elize) Noordijk
- Personen- & familierecht
Deel dit artikel:

